Mijn zoon (Bradley, 15 jaar) is een gamer. Als het aan hem ligt, brengt hij de hele dag door achter de pc en krijgt hij kapsalon geserveerd aan zijn bureau. Hij doet zo min mogelijk voor school (hij is van de zesjescultuur) maar voor zijn games weet hij hele stappenplannen uit te schrijven én uit te voeren.
Voor mij is het best lastig om me voor te stellen dat iemand zo kan opgaan in zijn games. De kloof tussen ons is groot op het gebied van gamen.
Maximale gametijd
Toen wij thuis merkten dat Bradley er steeds vaker als een zombie bij zat en alles moest wijken voor het gamen, hebben we maximale gametijden ingevoerd. Dit hebben we in goed overleg met zijn vader gedaan.
We vonden het best lastig om de tijden te bepalen. Wat is nou redelijk? Er moest echt een max op komen, maar we wilden hem wel de kans geven om degelijk te gamen. Daar komt bij dat hij online veel sociale contacten heeft.
We hebben research gedaan en opgezocht wat deskundigen hierover zeggen. Daarna hebben we besproken wat we zelf redelijk vinden. Vervolgens hebben we gezamenlijk met Bradley de maximale tijden besproken: op maandag tot en met vrijdag 1 uur per dag. Op zaterdag en zondag 4 uur per dag.
Als hij buiten zijn gametijd om bijvoorbeeld iets op YouTube wilt kijken, mag hij dat in de woonkamer op mijn laptop doen. Zijn gametijd is dus ook pc-tijd. Ik kan je adviseren om daar direct duidelijk over te zijn, als je van plan bent om maximale gametijden in te stellen. Dat scheelt een discussie.
Balans
Bij alles is te veel onverstandig, dus ook bij gamen. Er moet wel een gezonde balans zijn met de realiteit. Het gamen moet dus een onderdeel zijn van een gevarieerd leven. Naast het gamen moet er ruimte zijn voor huiswerk, face-to-face contact en sport.
Betrokkenheid en communicatie
Ik merk veel negativiteit op als het over gamende kinderen gaat. Negatief gedrag van kinderen wordt bijna altijd gekoppeld aan het gebruik van beeldschermen. Dat is misschien voor een gedeelte waar, maar gedrag is niet alleen te wijten aan het gebruik van beeldschermen. We leven nu eenmaal in een andere tijd, waarin beeldschermen en technologie een belangrijk onderdeel zijn van het dagelijks leven.
Ik vind het belangrijk om betrokken te zijn bij de leefwereld van mijn kind. Ik vind gamen geen ruk aan, maar ik vind het wel erg leuk om mijn kind gepassioneerd te zien. Hij heeft vaak hele verhalen over zijn digitale ervaringen. Vaak begrijp ik de helft niet, omdat er woorden voorbijkomen die mij niets zeggen. Ik moet dus regelmatig vragen wat iets betekent, om zijn verhalen te kunnen volgen.
Ik leef met twee gamers in huis, beiden pc-gamer. Maakt dat iets uit? Ja. Allereerst is er voor gamers een verschil tussen console gamen (Playstation, X-Box, enz.) en pc gamen. Voornamelijk omdat het anders speelt en omdat de graphics anders zijn, geloof ik.
gra·phics (de; o; graphics)
1 afbeelding
2 grafische weergave van een computerspel
Daarnaast is er voor mij een verschil. De pc’s staan namelijk in andere kamers dan de woonkamer. Dat is fijn, want dan heb ik er geen “last” van. Maar aan de andere kant is het best ongezellig als iedereen op een andere verdieping zit. Dat vraagt van mij ook om zo nu en dan naar boven te lopen en mee te kijken bij het gamen.
Laatst zat Bradley erover na te denken om een nieuw spel aan te schaffen voor de X-Box in plaats van de pc: ‘Dan zit ik wat meer beneden. Ik weet dat jullie dat fijn vinden.’ Fijn zeg, zo’n meedenkende puber ?